We organiseren raadsledenbijeenkomsten per subregio.
Tijdens de raadsledenbijeenkomsten willen we:
Met als resultaat dat jullie bekend zijn met de inhoud van de RES en voldoende context en achtergrondinformatie hebben om in het voorjaar het goede gesprek in de raad te kunnen voeren over de keuzes die zijn gemaakt. Zodat iedere raad weet wat de consequenties zijn voor de eigen gemeente en weet vanuit welke principes deze keuzes zijn gemaakt.
19.00u Welkom
19.05u Korte toelichting op het programma
19.10u Schets van de opgave waar we voor staan
19.20u Stand van zaken rondom capaciteit van het elekriciteitsnet/ netcongestie in de regio
19.30u Q&A opgave en capaciteit elektriciteitsnet
19.40u Terugblik op proces afgelopen jaar om tot de RES 2.0 te komen
19.50u Toelichting op de waarden (leidende principes) die de basis vormen voor het energiesysteem van de toekomst:
20.00u Schets van het energiesysteem van de toekomst
20.15u Q&A over het energiesysteem van de toekomst en de leidende principes
RES staat voor Regionale Energiestrategie. Dit is een regionale samenwerking, een document én een proces.
De energietransitie raakt iedereen. In de regio West-Brabant zoeken we naar manieren om energie te besparen en om schonere energie op te wekken. Dat alles moeten we samen doen, terwijl we oog blijven houden voor ieders belangen. De samenwerking bestaat uit 16 gemeenten, 2 waterschappen, de provincie Noord-Brabant en netbeheerder Enexis. Bekijk de volledige lijst met partners onderaan deze pagina.
De energieregio West-Brabant is één van de 30 energieregio’s in Nederland. Energieregio's zijn zelf gevormd door decentrale overheden die zich hebben verbonden aan het Klimaatakkoord.
Uit het Klimaatakkoord zijn een aantal duurzame maatregelen gekomen. Dit betekent dat we in Nederland in 2030 onze CO2-uitstoot met minstens 49% moeten verlagen ten opzichte van het jaar 1990. Met de RES kijken we hoe we lokaal kunnen werken aan meer duurzame elektriciteit, de warmtetransitie in de gebouwde omgeving en de daarvoor benodigde opslag en energie infrastructuur.
In Nederland willen we in 2030 met elkaar 35 terawattuur (TWh) duurzame stroom opwekken op land. En er moet gezocht worden naar duurzame warmtebronnen. Ook de regio West-Brabant draagt hieraan bij.
We werken samen omdat we beseffen dat we elkaar nodig hebben om onze ambities waar te maken. We zijn gemotiveerd om onze regio mooier te maken. Maar dat kunnen we alleen doen als we ook met andere uitdagingen rekening houden, met elkaar praten en samen oplossingen bedenken. Als we allemaal samenwerken, worden we sterker en kunnen we beter, slimmer, sneller en goedkoper te werk gaan. Op die manier kunnen we onze doelen bereiken en de leefomgeving van onze regio verbeteren.
De RES 1.0 van West-Brabant is door veel samenwerken, onderzoeken en participatie tot stand gekomen. De RES 1.0 is in de regio vastgesteld door volksvertegenwoordigende organen in juni 2021. In dit plan staat hoe we gezamenlijk meer duurzame energie gaan opwekken en hoe huizen en gebouwen duurzaam verwarmd worden.
1. We willen de energietransitie benutten om de regio te versterken
2. We hechten aan een haalbare en betaalbare energietransitie van en voor iedereen
3. We beogen een adaptieve benadering, steeds open voor betere keuzes
4. We streven een zorgvuldig gebruik van ruimte in de regio na
Opgave naar 2030: 0,9 TWh plus 0,3 TWh overprogrammering
Opgave naar 2050: 5,5 TWh duurzame warmte
We zijn onderweg naar de RES 2.0. De energietransitie is in een versnelling gekomen. De hoeveelheid duurzaam opgewekte elektriciteit (zon en wind) is sterk gegroeid. Ook is er een sterke toename van de vraag naar elektrische auto’s en elektrische warmtepompen. De grote uitdaging in de RES 2.0 is hoe we tot een balans kunnen komen tussen vraag en aanbod in onze regio. Dan gaat het naast elektriciteit, ook om warmte, groen gas en waterstof. Het zoeken naar deze balans maakt dat we de RES 2.0 heel anders benaderen dan de RES 1.0.
In de RES 1.0 lag de focus op de individuele bijdrage per gemeente aan de regionale doelstelling. De RES 2.0 kijkt integraal naar het energiesysteem en naar hoe gemeentes elkaar kunnen aanvullen en versterken. Bovendien staat netcongestie centraal en de noodzaak om de aanleg van energie-infrastructuur te versnellen en de beschikbare energie-infrastructuur beter te benutten. Bijvoorbeeld door het plaatsen van batterijen op slimme plekken of het stimuleren van uitwisseling van energie op bedrijventerreinen (energie hubs). De energietransitie is ook een ruimtelijke opgave. Daarover lees je meer bij het onderdeel ‘Ruimte en gebiedsontwikkeling’.
In de aanloop naar de RES 2.0 hebben we een bronnenstrategie gemaakt waarin onderzoek is gedaan naar de warmtevraag en -aanbod. Mogelijke bronnen en verdeling hiervan binnen de regio zijn onderzocht. Ook zijn we in maart met een systeemverkenning gestart. Dit verkennende onderzoek levert ons kwantitatief inzicht in vraag en aanbod en kan ons verder helpen met een concrete planning voor beide regio's op maat. De eerste inzichten zijn rond de zomer van 2024 beschikbaar en leveren voor de verantwoordelijke bestuurders inzichten op die zij kunnen agenderen bij collega’s binnen andere domeinen.
We gaan van een vraag gestuurd centraal energiesysteem naar een aanbod gestuurde mix van een centraal en decentraal energiesysteem. De zon schijnt niet altijd, ook de wind waait niet altijd. Het is de kunst om de vraag hierop af te stemmen. Voor een deel zullen we hierop inspelen met slimme oplossingen, zoals het flexibiliseren van de vraag en opslag van energie. Ook conversie van elektriciteit naar waterstof en warmte kan een rol gaan spelen. Nabijheid van vraag en aanbod wordt belangrijker. Om hier op een samenhangende manier als RES-regio op in te spelen is een gebiedsgerichte aanpak noodzakelijk, dit als onderdeel van de RES 2.0.
Lees hier Gebiedsgerichte aanpak energiesysteem RES West-Brabant 2.0 Voor AKKOORD IN STUURGROEP 1 februari 2023
Lees hier Gebiedsgerichte aanpak energiesysteem RES West-Brabant 2.0 Voor AKKOORD IN STUURGROEP 14 december 2023
Lees hier Uitwerking Gebiedsgerichte aanpak energiesysteem RES West-Brabant 2.0 t.b.v. Stuurgroep 10 oktober 2024
We hebben een uitgebreide bronnenstrategie ontwikkeld, waarbij we waardevolle informatie hebben verkregen over de mogelijkheden van warmtenetten. Uit dit onderzoek blijkt dat de beschikbaarheid van meerdere warmtebronnen, waaronder enkele met aanzienlijk energetisch vermogen, ruimte biedt voor één of meerdere grote warmtenetten in de RES-regio West-Brabant.
Uit het onderzoek kunnen we ook concluderen dat de ontwikkeling van een regionaal warmtenet financieel aantrekkelijk is, mits de kosten worden gesocialiseerd. Dit houdt in dat de kosten gelijk worden verdeeld onder alle aangesloten gebruikers. Hierdoor kan 42% van de totale warmtevraag in de regio worden ingevuld.
Een groot warmtenet biedt meer robuustheid in vergelijking met meerdere kleinere warmtenetten, omdat het aantal aangesloten warmtebronnen groter is. Het gedeeltelijk of geheel wegvallen van één of twee warmtebronnen kan dan door andere bronnen worden opgevangen. Daarnaast geeft dit meer bewoners in de regio de mogelijkheid om zich aan te sluiten op een collectief warmtesysteem.
Op basis van deze bronnenstrategie hebben is er een handelingsperspectief voor de betrokken partijen in West-Brabant uitgewerkt, deze zal terug te zien zijn in de RES 2.0.
Lees hier de Bronnenstrategie
Lees hier de Oplegnotitie over het vervolg
In de eerste helft van dit jaar hebben we een verkenning gedaan naar het energiesysteem voor 2050. We hebben inzicht gekregen in de toekomstige energievraag en -aanbod. Daarnaast werd duidelijk waar het energiesysteem uitgebreid moet worden op basis van de maatschappelijke vraag. Op basis van de lange termijnvisie kunnen we terug redeneren naar welke bepalende keuzes in de RES 2.0 van belang zijn.
Om dit te bepalen hebben er 3 werkateliers plaatsgevonden met stakeholders en de verschillende gemeentes binnen West-Brabant. Dit heeft ons inzicht gegeven in de leidende principes en de regionale ruimtelijke en energetische ontwikkelingen.
De volgende 5 conclusies zijn uit deze systeemverkenning gekomen:
1. Elektriciteit wordt de dominante drager voor het toekomstige regionale energiesysteem. Bij gebruik van lokaal en regionaal beschikbare bronnen wordt de impact op het elektriciteitsnetwerk geminimaliseerd. Bij benutting van deze bronnen stijgt de elektriciteitsvraag nog steeds met 138 %(!) richting 2050 t.o.v. de huidige situatie. Tot 2035 gaat het al om een stijging van bijna de helft hiervan, ruim 72%. De regio kan niet alle benodigde elektriciteit zelf produceren en er is dus import van buiten de regio nodig. Het tempo waarmee het elektriciteitssysteem ontwikkelt (productie, opslag en infrastructuur) gaat de snelheid van de regionale ontwikkeling bepalen.
2. Om het elektriciteitssysteem te ontlasten loont het om voor de warmtevraag zoveel mogelijk op alternatieve bronnen in te zetten: duurzame warmte, waterstof en groen gas. Dit past bij het leidende principe om zoveel mogelijk gebruik te maken van bronnen die in de regio beschikbaar zijn. De mogelijkheden om van alternatieve bronnen gebruik te maken zijn echter beperkt en vragen extra inspanningen.
3. Voor het benutten van de grootschalige restwarme uit o.a. Moerdijk, verduurzamen van het Amernet en het verder uitbreiden van de ‘warmtering Moerdijk-Breda-Geertruidenberg’ is bovenlokale regie nodig. Dit vergt namelijk gerichte sturing op de uitbreiding van de infrastructuur, inzet van de bronnen en aanwijzen van de voorzieningsgebieden.
4. Veel elektriciteitsinfrastructuur extra gaat nodig zijn en blijven. De investeringen voor de korte termijn (5 tot 10 jaar) in het elektriciteitsnet zijn en worden volop gepland in de investeringsprogramma’s van de netbeheerders. Hier ligt het vooral aan de hand om de inzet op (1) de uitvoering te blijven versnellen en (2) slimme oplossingen (zoals opslag en energiehubs) te blijven ondersteunen.
5. Voor de lange termijn blijft beschikbare netcapaciteit een mogelijk knelpunt. Het is van belang om ruimtelijke ambities en ontwikkeling van het elektriciteitssysteem samen te programmeren. Dit vergt het afstemmen van (centraal) energiebeleid met (decentraal) ruimtelijk beleid, en waar nodig nieuw instrumentarium te ontwikkelen.
Lees hier de Oplegnotitie.
Lees hier het Definitieve Rapport
Lees hier het Advies voor KBG
Een onderzoek in batterijen is opgesteld om inzicht te geven in de mogelijke rol, functie en locaties van batterijen in het energiesysteem van de regio. Batterijopslagsystemen kunnen van waarde zijn voor het balanceren van vraag en aanbod, het tegengaan van netcongestie, het handhaven van een stabiele frequentie in het netwerk en het verhogen van eigen gebruik van elektriciteit.
Een aantal interessante resultaten uit dit onderzoek zijn:
Er zijn bovendien vier zoekgebieden geïdentificeerd in het elektriciteitsnet van West-Brabant. Dit is in de eerste plaats bij de knooppunten Moerdijk en Geertruidenberg. Daarnaast bij knelpunten in stations, met name HS/MS-stations. Verdere locaties zijn geïdentificeerd bij grote opwekkers, als wind- en zonneparken. Hier kan dankzij batterijopslagsystemen vraag en aanbod worden gebalanceerd en pieken in het netwerk op worden gevangen. Tot slot, kan worden ingezet op kleine batterijsystemen verspreid over stedelijke gebieden, waaronder bedrijventerreinen en woonwijken. Zo kan op lokaal niveau energieopslag en -beheer mogelijk worden gemaakt.
Lees hier QuickScan Batterijopslag
De provincie is met de warmtedialogen Noord-Brabant gestart met een verkenning, die zich enerzijds richt op 1) een inhoudelijke verkenning van de warmtebronnen en anderszijds op 2) de organisatorische mogelijkheden.
Op regionaal niveau voeren we al het gesprek over de inzet van bovenlokale warmtebronnen, middels de bronnenstrategie. Hiermee is het eerste element van de warmtedialogen voor een groot deel al uitgevoerd en geborgd in de regio West-Brabant.
Vanuit de reeds uitgevoerde verkenningen en inzichten vanuit de bronnenstrategie moeten we in RES-West Brabant, maar ook provinciebreed, de komende jaren stappen gaan maken naar realisatie van warmtenetten evenals organiseren van de instandhouding van bestaande warmtenetten.
Het doel van de Warmtedialogen is het besluitvormingsproces van de provincie rondom de inrichting van een publiek warmtebedrijf(ven) op regionale of provinciale schaal in het najaar 2024. Waarbij niet op voorhand is bepaald dat er een publiek warmtebedrijf gaat komen. Juist dat moet blijken tijdens de dialogen.
Lees hier Notitie RES-regio's warmtedialogen Noord-Brabant
Lees hier Oplegger Samenhang Warmtedialogen en RES
Geothermie is in zijn algemeenheid één van de duurzame warmtebronnen van de toekomst. In onze regio is er veel potentie voor het ontwikkelen van geothermie, maar ook nog onzekerheid over de precieze potentie van bepaalde aardlagen. Mede daarom voert EBN een SCAN-boring uit in onze regio. In het bijzonder is geothermie een potentiële warmtebron om het Amerwarmte van (duurzame) warmte te voorzien. Met deze samenwerking maken we aanvullend onderzoek mogelijk en met de diverse (markt)partijen aan boord kan de data beter geïnterpreteerd worden.
De ontwikkeling van geothermieprojecten in de provincie Noord-Brabant blijft achter bij zowel andere provincies als eerder gestelde ambities van de Green Deal Geothermie Brabant (2016).
Projecten komen vooralsnog beperkt van de grond. Gezien het achterblijven van de ontwikkeling van Geothermieprojecten in de provincie is er vanuit de provincie Noord-Brabant, gemeenten en bedrijven behoefte om tot versnelling te komen. Landelijk wil ook Energie Beheer Nederland (EBN) de ontwikkeling van geothermie versnellen.
Daarmee is er een gezamenlijk doel en hebben de provincie en EBN besloten om gezamenlijk op te trekken om tot de gewenste versnelling van Geothermie in Noord-Brabant te komen. Hierbij zijn ook de vier RES-regio’s, de grootste gemeenten binnen de provincie en diverse private partijen aangesloten.
Lees hier Oplegnotitie Actieplan Versnelling Geothermie Provincie
Lees hier Samenwerkingsovereenkomst Versnelling Geothermie Noord-Brabant
Lees hier Actieplan versnelling Geothermie Definitief
Groen gas wordt geproduceerd uit reststromen van organisch materiaal. Het gas wordt opgewerkt tot aardgaskwaliteit en kan in het bestaande gasnet ingevoed worden. Voor de gebruiker is groen gas gelijk aan aardgas en zijn er geen aanpassingen nodig in de gastoestellen. Groen gas is maar zeer beperkt beschikbaar voor de gebouwde omgeving. Het gebruik is daarom alleen aantrekkelijk in wijken waar alternatieven veel duurder of technisch niet haalbaar zijn. In de regio verkennen we de mogelijkheden van inzet van groen gas en de rol van de gemeente hierin.
Een onderzoek naar groen gas wordt uitgevoerd met als doel inzicht te krijgen in de (on)mogelijkheden van de inzet van groen gas voor de gebouwde omgeving in West-Brabant, het organiseren ervan en de bijbehorende condities.
Belangrijk is hierbij het nader inzichtelijk maken van de werkelijke potentie van groen gas tegenover de theoretische potentie. Wat zijn mogelijke (collectieve) productielocaties kijkend naar aanbod en afname. Hoe kan je lokale samenwerking en afname/profijt organiseren? En tot slot, in welke mate willen/kunnen gemeentes regie nemen voor de ontwikkeling van groen gas?
Dit onderzoek wordt uitgevoerd in samenwerking met gemeenten, Enexis, ZLTO, Provincie, omgevingsdienst, Energie Samen, andere RES regio’s en Platform Groen Gas.
Lees hier Aanpak Verkenning Groen Gas
Lees hier Groengas aanpak voor de Stuurgroep 30mei
Waterstof speelt een belangrijke rol in het energiesysteem van de toekomst in onze regio. Het aanbod van zonne- windenergie sluit niet altijd aan bij de vraag naar energie op dat moment. Op sommige momenten zal het aanbod elektriciteit overvloedig zijn en op andere momenten niet genoeg, afhankelijk van de hoeveelheid zon en wind. Ook kan elektriciteit niet in grote hoeveelheden en langere tijd worden opgeslagen. Waterstof kan een belangrijke rol spelen bij seizoensopslag van energie en bij transport van grote hoeveelheden energie over lange afstanden. Wel is geduld van belang. Naar verwachting zal pas na 2035 op grotere schaal waterstof beschikbaar komen en dan vooral voor de sectoren die geen alternatief hebben (zware industrie en zwaar transport).
Er is een onderzoek door de regio naar waterstof uitgevoerd. Dit onderzoek werd gedaan om de kansen van waterstof voor het energiesysteem van onze regio te onderzoeken. De industrie en zwaar transport in de verschillende gemeentes moeten verduurzaamd worden. Dit kan mogelijk door middel van waterstof.
Eén van de opties is om lokale verbruikers in de toekomst te koppelen aan de te ontwikkelen nationale waterstof infrastructuur.
In onze regio zijn dat in ieder geval:
Lees hier het Plan van Aanpak Waterstof
Lees hier het Eindrapport Waterstof
CIRCUS staat voor Connecting Initiatives for Rural Communities, Upscaling their Sustainable energy. Het project CIRCUS beoogd de opzet van lokale energiegemeenschappen (Energy HUBS) met Boeren en Tuinders door middel van energieopwekking, ontwikkeling van Groen Gas en opslag- en conversie van energie. Er zijn 11 partners in 5 EU-landen betrokken bij dit project, waaronder Nederland. Voor Nederland is de focus gelegd op West- en Noord-Oost Brabant.
Lees hier het ZLTO voorstel
Lees hier het Cofinanciering Voorstel
Lees hier meer over de Deelprojecten
In de laatste maanden hebben we gesprekken gevoerd met inwoners en stakeholders. We gaan op twee manieren in gesprek met mensen. Via georganiseerde bijeenkomsten en door met een tosticaravan op verschillende plekken langs te gaan in de regio. Dit is een laagdrempelige manier om met inwoners in gesprek te gaan over de energietransitie in de regio.
Eind oktober/november is de “tosticaravan” ingezet om informatie op te halen vanuit de inwoners. De caravan heeft in elke gemeente voor een dagdeel gestaan. In de ruil voor een tosti werden inwoners een aantal vragen gesteld.
In afstemming met communicatieadviseurs van de verschillende gemeentes binnen onze regio werden de interviewvragen samengesteld en de beste locaties uitgezocht. Het is voor RES West-Brabant belangrijk dat de inwoners achter hun strategie staat. Met de tosticaravan wilden we informatie hierover verkrijgen.
Het doel van de RES 2.0 is om de plannen uit RES 1.0 concreter en uitvoerbaar te maken, zodat de energietransitie daadwerkelijk kan worden gerealiseerd in de regio’s. Waar RES 1.0 vooral focuste op het vaststellen van ambities en globale doelen voor hernieuwbare energieopwekking, zoals hoeveel zonne- en windenergie de regio wil opwekken, richt RES 2.0 zich op het praktisch maken van deze ambities.
Dit betekent dat RES 2.0 meer gedetailleerde keuzes maakt over locaties, de technische en financiële haalbaarheid onderzoekt, en samenwerkingen met lokale overheden, netbeheerders, bedrijven en omwonenden versterkt. Het uiteindelijke doel is dat RES 2.0 een helder, uitvoerbaar plan oplevert, met concrete projecten die bijdragen aan de nationale klimaatdoelen voor 2030.
De RES 2.0 kijkt naar de opbouw van het hele energiesysteem in West-Brabant. De energietransitie is in een versnelling gekomen. De hoeveelheid duurzaam opgewekte elektriciteit (zon en wind) is sterk gegroeid. Ook is er een sterke toename van de vraag naar elektrische auto’s en elektrische warmtepompen. De grote uitdaging in de RES 2.0 is hoe we tot een balans kunnen komen tussen vraag en aanbod in onze regio. Dan gaat het naast elektriciteit, ook om warmte, groen gas en waterstof. Het zoeken naar deze balans maakt dat we de RES 2.0 heel anders benaderen dan de RES 1.0.
In de RES 1.0 lag de focus op de individuele bijdrage per gemeente aan de regionale doelstelling. Met de nadruk op het opwekken van duurzame energie via windmolens en zonnepanelen. De RES 2.0 kijkt integraal naar het energiesysteem en naar hoe gemeentes elkaar kunnen aanvullen en versterken. Bovendien staat netcongestie centraal en de noodzaak om de aanleg van energie-infrastructuur te versnellen en de beschikbare energie-infrastructuur beter te benutten. Bijvoorbeeld door het plaatsen van batterijen op slimme plekken of het stimuleren van uitwisseling van energie op bedrijventerreinen (energie hubs).
In RES 2.0 krijgen gemeenten een actievere rol in het concreet maken van de energiedoelen. Waar RES 1.0 vooral ging over het vaststellen van ambities (waarbij gemeenten wel ook bevoegd gezag hebben), draait RES 2.0 om het uitvoeren van die plannen, wat van gemeenten vraagt om duidelijke keuzes te maken en samenwerking te zoeken met inwoners, bedrijven en andere belanghebbenden.
Gemeenten moeten ook beslissingen nemen over waar deze projecten komen, rekening houdend met de omgeving, het landschap en de leefbaarheid. Verder wordt het belangrijk om inwoners en bedrijven actief bij het proces te betrekken en duidelijke communicatie te verzorgen over de plannen en de impact ervan. Zo speelt de gemeente een cruciale rol in het waarmaken van de RES-doelen en het realiseren van de energietransitie binnen hun regio.
De Regionale Energiestrategie West-Brabant (RES West-Brabant) heeft als rol om de energietransitie in de regio te coördineren en te faciliteren. De organisatie brengt verschillende partijen samen, zoals gemeenten, waterschappen, netbeheerders, provincies en maatschappelijke organisaties, om een gezamenlijke strategie te ontwikkelen voor het opwekken van duurzame energie en de verduurzaming van warmtevoorziening in de regio.
Gemeenten in West-Brabant kunnen van de RES West-Brabant ondersteuning verwachten bij het uitwerken van hun lokale energiedoelen binnen de regionale kaders. De RES helpt hen met technische expertise, bijvoorbeeld in de vorm van haalbaarheidsstudies voor wind- en zonne-energieprojecten, en biedt hulp bij het integreren van deze projecten in het landschap en de leefomgeving. Verder zorgt de RES West-Brabant voor afstemming en samenwerking tussen gemeenten, zodat zij gezamenlijk op regionaal niveau effectiever kunnen bijdragen aan de landelijke klimaatdoelen.
Ook kunnen gemeenten rekenen op ondersteuning bij het communicatie- en participatieproces, wat helpt om inwoners en bedrijven bij de energietransitie te betrekken. Daarnaast houdt de RES de voortgang van projecten in de gaten en zorgt ervoor dat regio- en nationale doelen op elkaar blijven aansluiten. Hierdoor biedt de RES West-Brabant gemeenten waardevolle begeleiding en middelen om de energietransitie succesvol uit te voeren.
In de winter van 2024 wordt het concept van RES 2.0 afgerond. Hierin legt de regio de basis voor een toekomstig energiesysteem dat duurzaam, betaalbaar en betrouwbaar is. Na de presentatie van de Concept RES 2.0 nemen de gemeenteraden en de algemeen besturen van de Waterschappen hierover een besluit. Rond juli 2025 wordt de RES 2.0 definitief vastgesteld. Dit document dient vervolgens als uitgangspunt voor een uitvoeringsprogramma, waarmee de plannen en ambities in de komende jaren worden gerealiseerd. Daarnaast is de opgave van RES 1.0 om in 2030 2.2 TWh duurzame opwek, 15% isolatie en 20% aardgasvrije woningen gerealiseerd te hebben. De tijdlijn met belangrijke momenten kun je volgen via https://www.reswestbrabant.nl/over/res-2/default.aspx
Als ce RES 2.0 is vastgesteld, dan weten we met elkaar wat de ambities in de regio zijn. Vervolgens werken we aan een uitvoeringsprogramma om deze ambities om te zetten in concrete projecten.
Er zijn ontzettend veel stakeholders die een rol hebben in de RES 2.0. Denk hierbij aan: gemeenten, waterschappen, de provincie, netbeheerders, woningcorporaties, energiecorporaties, banken en scholen.
Home Actueel Over de RES FRES Kennisbank Over ons
Waterschap Brabantse Delta Bouvignelaan 5 4836 AA Breda
Telefoonnummer Johan de Beer, programmaregisseur RES West-Brabant: 06 ‑ 148 641 90
Aanmelden nieuwsbrief
Deze website maakt gebruik van cookies. Lees meer over cookies in onze cookieverklaring.
Deze cookies verzamelen nooit persoonsgegevens en zijn noodzakelijk voor het functioneren van de website.
Deze cookies verzamelen gegevens zodat we inzicht krijgen in het gebruik en deze website verder kunnen verbeteren.
Deze cookies zijn van aanbieders van externe content op deze website. Denk aan film, marketing- en/of tracking cookies.